ECONOMY of Israel

De Israëlische economie

  •    
    Na jarenlang een van de sterkst groeiende BBP’s ter wereld te hebben gehad, zette Israël de economische herneming die het in 2003 begon verder na een twee jaar durende gevoelige groeivertraging van bijna alle economische activiteiten. Deze trend ging door tot 2007. In de jaren 2006-2007 groeide de Israëlische economie gestaag verder met een maximum groei van 5,1% in 2006, ondanks de Tweede Libanonoorlog die een tijdelijk verlies van 0,7% van het BBP veroorzaakte. De snelle herneming en de voortzetting van de sterke groei kwam er dankzij de business sector die met 6,4% groeide tot een inkomen van 20.138$ per capita in 2006.
     

     

    ​​​​​​​​
  • icon_zoom.png
    ECONOMY ECONOMY
    Foto: I. Stzulman
     

    ​עובד אדמתו ישבע לחם... משלי י"ב: י"א
    Wie zijn akker bewerkt, zal zich met brood verzadigen (Spreuken 12:11)


    In 2006 ging Israël gewoon door met het bereiken van zijn macro-economische doelstellingen: een zeer lage of negatieve inflatie, een zeer laag begrotingstekort, en een begrensde verhoging van de overheidsuitgaven. Tegelijkertijd trok Israël nog meer buitenlandse investeringen aan, de export steeg snel en voor de eerste keer haalde Israël een positieve handelsbalans. Deze trends zetten zich voort in de eerste helft van 2007 en de vooruitzichten voor het hele jaar gaven een vervolg van de economische groei zonder inflatie met een laag tekort op de begroting en economische stabiliteit op alle fronten.

    Eind 2008, toen sommige van de grootste financiële magnaten van de wereld begonnen te wankelen en de wereldmarkt op instorten leek te staan, was het hoogst onzeker hoe de Israëlische economie zou reageren, aangezien ze vooral op export gebaseerd is. Maar naarmate de tijd vorderde gaf Israël er blijk van dat zijn economische sterkte niet alleen lag in de mogelijkheid tot uitbreiding tijdens de bloeijaren, maar ook in de soberheid die het in tijden van economische teruggang aan de dag legt.

    Nu de wereldeconomie hortend en stotend uit de recessie probeert te geraken is de Israëlische snel terug op koers geraakt. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de beurs die in 2009 al snel alle westerse beurzen achter zich liet en uit de stijgende exportresultaten, de neergaande werkloosheidsgraad en de sterke vraag op de markt.

     


    Een sterke positie aan de vooravond van de crisis

    Israël had zich goed voorbereid toen in 2008 de gevolgen van de financiële crisis langzaam begonnen door te sijpelen in de structuur van de wereldeconomie. Vanuit macro-economische perspectief bevond Israël zich in een van de sterkste posities sinds de opstart van de economie. Een begrotingstekort was voor het grootste deel vermeden en de staatsschuld sterk teruggebracht dankzij strenge besnoeiingen in de uitgaven en verhoogde belastinginkomsten. Israël werd een gegeerd locatie voor buitenlandse investeringen en genoot voor het eerst in zijn geschiedenis een positieve handelsbalans.

    De crisis had een einde kunnen maken aan deze hoogdagen, maar de groei van de Israëlische economie bleek sterk genoeg om aan de gevolgen van de financiële achteruitgang van eind 2008 te weerstaan.

     


    Israël weerstaat de recessie

    Er zijn drie hoofdredenen die vaak genoemd worden om de sterkte van Israël ten opzichte van zulke uitdagingen uit te leggen.

    De eerste is Israëls conservatieve bankensector. Er heerst een streng systeem van voorgeschreven richtlijnen en een voorzichtige traditie wat bankieren betreft die de Israëlische banken ver verwijderd hielden van avontuurlijke instrumenten die in de VS en Groot-Brittannië catastrofaal bleken te zijn. Daarenboven bracht de sterke kapitalisatie van de Israëlische banken meteen zekerheid toen de wereldwijde investeerders rusteloos werden.

    De tweede reden is de elasticiteit van de arbeidsmarkt wanner het komt tot aanpassingen aan een nieuwe realiteit. Grote spelers, waaronder de Histadroet (de grootste arbeidsfederatie van het land), zagen meteen het nut van en de wijsheid achter het aanvaarden van salarisverlagingen op korte termijn aan het begin van de crisis. Parallel met de ontwikkelingen in de rest van de wereld steeg de werkloosheidsgraad wel drastisch.

    Terwijl de economie in de loop van 2009 hervatte, stegen de salarissen en de tewerkstellingsgraad snel terug naar hun niveaus van voor de crisis, in tegenstelling tot de Amerikaanse en Europese arbeidsmarkten, waar alles nog bleef slabakken.

    Wat echter echt de sterkte uitmaakt van Israëls macro-economische bijstelling is de binnenlandse consumptie. Toen de recessie insloeg snoeiden de Israëli’s in hun duurzame goederen maar bleven ongeveer evenveel geld uitgeven aan niet-duurzame goederen met behulp van het spaargeld dat ze opzij gezet hadden om de inkomensverlaging af te vlakken. Die factor speelde een belangrijke rol in de stabiliteit van het BBP die Israël toeliet om de recessie succesvol te doorstaan. Toen de wereld in 2009 uit de recessie kwam, stegen de uitgaven in duurzame en niet-duurzame goederen snel en droegen zo bij tot een spoedig herstel voor het land.

     


    Potentieel op lange termijn

    Het Israëlische “economische mirakel” is meer dan enkel het verhaal van recessie en heropleving – het is het verhaal van een economie die van niets werd opgebouwd, talrijke crisissen en periodes van ontbering doorstond en uiteindelijk uitgroeide tot een succesvolle vrijemarkteconomie waarvan de leden een hoge levensstandaard genieten.

    In 2010 telde Israël 7,5 miljoen zielen en over de jaren heen werd het internationaal geprezen voor de buitengewone prestaties op gebied van landbouw en landbouwtechnieken, irrigatie, zonne-energie en hightechindustrieën en start-ups. Israël baseert zich vooral op Onderzoek en Ontwikkeling, zelfs in traditionele industrieën, en daardoor is het vandaag niet alleen het land van melk en honing maar ook het land van hightech, met inbegrip van software, communicatie, biotechnologie, farmaceutica en nanotechnologie.

    De afgelopen drie decennia sloot Israël vrijehandelsakkoorden af met de Verenigde Staten, de Europese Unie en verschillende landen in Latijns Amerika. Dat vergemakkelijkte het vergroten van de exportmarkt voor goederen en diensten – met een waarde van meer dan 80 miljard dollar in 2008 – en het deel uitmaken van internationale handelsondernemingen die bijgedragen hebben tot de versnelde economische groei van het land.

     


    OESO-lidmaatschap

    Dinsdag 10 mei 2010 zal een merkwaardige mijlpaal in de economische geschiedenis van Israël blijven. Na jarenlang tegen allerlei uitdagingen en drukkingsmiddelen gevochten te hebben, is Israël eindelijk lid geworden van de selecte groep van ’s werelds beste economieën door het lidmaatschap dat het kreeg van de Organisatie voor Economische Samenwerken en Ontwikkeling, de OESO.

    Het toetreden tot de OESO heeft belangrijke gevolgen voor Israël aangezien het land nu gebonden is aan de regelgeving van de organisatie inzake milieu, pensioenregeling enzovoort. Als Israël wou komen tot het lidmaatschap, moest het inderdaad fundamentele veranderingen doorvoeren om te passen binnen het kader van de moderne wereldeconomieën. Dat hield ondermeer in dat de Staatsschuld teruggebracht moest worden, dat er gekeken moest worden naar fiscaal beleid en beleid rond ontwikkeling, dat belastingen verlaagd moesten worden en de kapitaalmarkt meer gesofisticeerd gemaakt.

    Het lidmaatschap van de OESO zal Israël toelaten een bredere toegang geven tot bepaalde types van actief beheerde investeringsfondsen die een deel van hun aandelen moeten voorbehouden voor ontwikkelde landen.

    Maar het belangrijkste dat het lidmaatschap voor Israël inhoudt is de erkenning door de wereldeconomie van de immense vooruitgang die Israël in de 62 jaar van zijn bestaan gemaakt heeft.

     

     
  •  
  • De Sjekel

  •  
    Shekel
    Photo: I. Sztulman


    De sjekel is de Israëlische munt (waarde 0,2056€ op 12 juni 2012). Ze bestaat al sinds twee eeuwen voor Christus als gewichtseenheid voor betalingen in goud en zilver. Zo staat bijvoorbeeld in de Bijbel te lezen dat Abraham voor de aankoop van een veld met bijbehorende grot nabij Machpela (in Hebron) onderhandelde en de volgende woorden gebruikte: “Ik wil de prijs betalen die de akker waard is. Neemt u dat geld toch van mij aan en laat mij er mijn vrouw begraven.’ Toen zei Efron tegen Abraham: ‘Och luister, heer, een stuk grond van vierhonderd sjekel zilver, wat betekent dat nu voor mij of voor u? U kunt er gerust uw vrouw begraven.’ Abraham ging hierop in en woog de hoeveelheid zilver af die Efron in het bijzijn van de andere Hethieten had genoemd: vierhonderd sjekel zilver naar de gangbare handelswaarde.” (Genesis 23:13-16)